Schouderprothese

Home 9 Schouder operaties 9 Schouderprothese

Laatste update: 21 november 2024

Inhoud
2
3

Geschreven door Bauke Kooistra, orthopedisch chirurg

Inleiding

Een schouderprothese is een goede behandeling voor pijn door slijtage , een botbreuk of peesscheuren de schouder. We noemen het ook wel een kunstschouder of nieuwe schouder. Negen van de tien mensen hebben goede ervaringen na een schouderprothese. Het werkt vooral goed om de schouderpijn de verminderen. Toch zien veel mensen op tegen zo’n operatie. En ze kijken vooral op tegen de revalidatie. Is dat terecht?

De meeste mensen valt het uiteindelijk mee, zeggen ze naderhand. Een schouderprothese is een operatie onder (lichte) narcose en mensen verdragen dit goed. Mensen zien van tevoren vaak meer op tegen de revalidatie. Vooral omdat de arm de eerste 6 weken in een mitella moet. Gelukkig mag u bij bepaalde typen schouderprothese de arm meteen bewegen.

Daarom kunnen de meeste patiënten zich prima redden thuis, zij het met hulp. Een tijdelijke revalidatieplek kan ook. Op deze pagina vindt u alle informatie over een schouderprothese. Dus over de voorbereiding, de operatie zelf, de revalidatie, en over de risico’s.

In onderstaande afbeelding vindt u een samenvatting van alle informatie over een schouderprothese.

Infographic over schouder artrose (slijtage van het schoudergewricht). Met informatie over wat het is, hoe je het kunt ontdekken en over alle behandelingen.

Zoals u ziet helpt schouderprothese vaak goed: 9 van de 10 keer. Maar er is ook een kans van 5% (5 op de 100) op een complicatie. Dit is vergelijkbaar met een heupprothese of knieprothese (bron 1).

10 dingen die u moet weten over een schouderprothese

  1. Een schouderprothese is een vervanging van de kop en kom van de schouder.
  2. We plaatsen een schouderprothese vaak wegens slijtage, reuma, botbreuken of peesscheuren van de schouder.
  3. We raden een schouderprothese alleen aan als u veel pijn of functiebeperking heeft. En als andere behandelingen niet helpen.
  4. 90 van de 100 mensen is tevreden na een schouderprothese.
  5. 5 van de 100 mensen krijgt een complicatie.
  6. Een schouderprothese gaat vrij lang mee: bij verreweg de meeste mensen (meer dan 90%) gaat de prothese langer dan 10 jaar mee. En bij 80% van de mensen meer dan 20 jaar.
  7. De operatie is onder lichte narcose en onder een plaatselijke verdoving.
  8. Tijdens de revalidatie draagt u de eerste 6 weken een mitella. Maar de mitella mag wel af voor verzorging en voor oefeningen.
  9. Reken erop dat u 2 tot 3 maanden niet kunt autorijden of fietsen na een schouderprothese.
  10. Het is niet aan te raden om bovenhandse sporten en contactsporten te doen met een schouderprothese. Sporten als tennis en golf kunnen vaak wel.

Heb ik een schouderprothese nodig?

Een schouderprothese is bijna nooit ‘absoluut nodig’. Daarom adviseren we alleen een schouderprothese als er geen andere behandelingen mogelijk zijn. Of als andere behandelingen (zoals pijnstilling of een injectie) niet goed helpen.

Verder is de afweging om wel of geen schouderprothese te willen voor iedereen anders. Het hangt ervan af of u de voordelen (zie verderop) vindt opwegen tegen de nadelen (zie verderop).

Redenen om de schouder te vervangen door een kunstgewricht zijn: 

  • Artrose (slijtage) van het schoudergewricht met veel pijnklachten. Ik adviseer dan alleen een schouderprothese als andere behandelingen onvoldoende helpen.
  • Reuma van de schouder. Of aan reuma verwante gewrichtsontstekingen. Dit tast het kraakbeen en bot van het schoudergewricht aan.
  • Bepaalde typen botbreuken van de schouderkop na een val. Alleen als de breukdelen ernstig zijn verschoven adviseren we een schouderprothese.
  • Gescheurde pezen van de schouderkop met veel pijnklachten. De pezen (de rotator cuff pezen) houden de kop niet meer goed in de kom. Daardoor slijten de kop en de kom. Dat heet cuff artropathie.
  • Een schouder die zeer lang (denk aan maanden) uit de kom staat.
  • Vervorming van de schouderkop doordat er minder bloed naartoe gaat. Het bot verwakt en sterft soms af. Dit heet avasculaire necrose.

Wanneer kan ik geen beter geen schouderprothese krijgen?

In sommige gevallen is een schouderprothese niet verstandig. Namelijk bij:

  • Een infectie rond het schoudergebied of in de arm. Als een bacterie eenmaal op een kunstgewricht zit, is het soms moeilijk om de bacterie er weer weg te krijgen.
  • Schouderspieren die niet goed werken. De schouderspieren moeten de schouderprothese namelijk besturen en in de kom houden. Oorzaken zijn gescheurde pezen, botschade, zenuwschade of ziekten van het zenuwstelsel.

Waar zit het probleem?

Uw schoudergewricht bestaat uit een kop en een kom. De schouderkop is deel van het bovenarmbot en de schouderkom is deel van het schouderblad.

schoudergewricht met schouderkop en schouderkom

Afbeelding van een normaal schoudergewricht.

Bij veel grote gewrichten (zoals heup en knie) zijn de botten groot. Maar bij een schouder is dat anders: de schouderkom is maar klein van stuk. De schouderkop is ook bijzonder. Daar hechten namelijk veel pezen op aan die de schouder besturen. Dat zijn de zogenaamde rotator cuff pezen. Bij slijtage van de schouder is het kraakbeen van de kop en de kom versleten. Daardoor vormt zich extra bot. Het kan ook zijn dat de rotator cuff pezen scheuren.

Wat is een schouderprothese?

Een totale schouderprothese is een vervanging van de schouderkop en de schouderkom.

Er zijn verschillende typen schouderprothese. Welk type schouderprothese is het beste? Dat hangt van uw situatie af:

  • Anatomische schouderprothese: dit is de ‘klassieke’ schouderprothese.
  • Omgekeerde schouderprothese: dit type schouderprothese krijgt u als uw schouderpezen (rotator cuff pezen) zijn afgescheurd.
  • Schouder fractuurprothese: deze prothese is bedoeld voor een botbreuk van de schouder, op oudere leeftijd.
  • Halve schouderprothese (hemiprothese): we vervangen alleen de schouderkop. Bijvoorbeeld als de schouderkom niet is aangedaan.

De anatomische schouderprothese

Dit is de meest simpele ‘constructie’. We vervangen de schouderkop door een kunstkop en de schouderkom door een kunstkom.

Schouder met een anatomische schouderprothese: een plastic kom en een metalen kop

Tekening van een anatomische schouderprothese. Dit is het ‘klassieke’ type schouderprothese.

Dit lijkt dus het meest op een normaal schoudergewricht. Mensen kunnen na de revalidatie de schouder daarom ook op een natuurlijke manier bewegen. Voor die beweging zijn natuurlijk spieren nodig: de rotator cuff spieren. Dat zijn de spieren die op de schouderkop aanhechten. Deze spieren zijn ook absoluut nodig voor een goede werking van een anatomische schouderprothese.

De kunstkop is van metaal en zit vast in de bovenarm met een metalen steel. Als het bot stevig genoeg is, kunnen we ook kiezen voor een ‘stemless‘ kop. De kop is dan zonder steel verankerd in het bot. Daardoor sparen we uw eigen bot zoveel mogelijk. De kunstkom is van glad, hard plastic. Er zitten ook een aantal ‘piefjes’ aan. We zetten de kunstkom met deze piefjes vast in de schouderkom met botcement.

Soms is de schouderkop erg afgesleten. Dan is er te weinig houvast in het bot om de plastic kunstkom in vast te zetten. Dan kunnen we geen anatomische prothese plaatsen, maar vaak wel een reversed prothese.

De reversed schouderprothese (omgekeerde schouderprothese)

Dit is de meest simpele ‘constructie’. We vervangen de schouderkop door een kunstkop en de schouderkom door een kunstkom.

Schouder met een omgekeerde schouderprothese: een metalen bol in het schouderblad en een steel met holle plastic kom in de bovenarm

Afbeelding van een omgekeerde schouderprothese. De kop zit nu op de schouderkom, en de kom op de schouderkop. ‘Omgekeerd’ dus.

Deze prothese kunnen we plaatsen als de pezen van de schouderkop (de rotator cuff spieren) zijn gescheurd. De speciale constructie is bedacht in Frankrijk in de jaren ’90. Het bleek verassend goed te werken.
Het idee ervan is dat het schoudergewricht extra wordt opgespannen door het prothesemateriaal. De arm wordt als het ware wat naar beneden geduwd. Daardoor spant de monnikskapspier (de deltoideus spier) ook op en kan die extra kracht gaan leveren. De andere pezen (rotator cuff pezen) zijn dan niet meer nodig om de arm te heffen.

De kom is van plastic. Deze zetten we vast in de bovenarm met een metalen steel. Bij stevig genoeg bot kan dat ook weer zonder steel (stemless). De bol is van metaal. We zetten hem vast op de schouderkom met stevige schroeven. Deze verbinding is dus steviger dan bij een anatomische schouderprothese.

Schouderprothese bij een breuk (fractuurprothese)

Dit noemen we een schouder fractuur prothese. Fractuur betekent botbreuk. Bij sommige schouderbreuken is de schouderkop verbrijzeld. Dat is vervelend, omdat de schouderpezen aan de schouderkop vastzitten.
Dan kan het nodig zijn om de verbrijzelde stukken bot weer op de prothese vast te zetten. Een schouder fractuurprothese is speciaal hiervoor ontworpen. Met stevige hechtingen zetten we de botten en pezen vast op de prothese van de schouderkop. De schouderkom vervangen we door een bol.

De halve schouderprothese (hemiprothese)

Een halve schouderprothese is een vervanging van alleen de schouderkop. En dus niet van de kom.

Schouder met een halve schouderprothese: alleen de kop is vervangen door een metalen kop met steel. De kom is niet vervangen

Afbeelding van een halve schouderprothese.

Een hemi-schouderprothese is een behandeling bij: 

  • Jonge mensen met schouder artrose. Als we ook de kom zouden vervangen, kan de kom loslaten op den duur. Dat komt doordat jonge mensen hun schouders vaak zwaarder belasten dan ouderen.
  • Schouder artrose waarbij de schouderkom te veel is weggesleten. Dan past er geen kunstkom meer in.
  • Avasculaire necrose van de schouderkop.

Ervaringen van anderen na een schouderprothese

Een schouderprothese werkt vaak heel goed. Negen van de tien mensen is heel tevreden met het resultaat. 

Wat mag u verwachten?

  • De pijn zal sterk verminderen of verdwijnen. Dit voelt u vaak al binnen enkele weken na de operatie.
    Als u de prothese krijgt wegens een botbreuk, kan u wel langer pijn houden. Dit komt dan omdat het bot ook moet genezen.
  • U kunt de schouder verder bewegen dan voor de operatie. Hoeveel verder, verschilt per persoon. Maar gemiddeld kunt u de schouder 40 graden hoger heffen (bron). Na 6 maanden tot 1 jaar is de maximale beweeglijkheid vaak bereikt (bron). Als de pezen van de schouderkop voor de operatie al gescheurd waren, dan is de vooruitgang in beweeglijkheid over het algemeen wat minder groot (bron).

Over het algemeen zijn we tevreden als:

  • U de hand op het achterhoofd kunt krijgen, en
  • U de hand bij de billen kunt krijgen.

Dit zijn dus bewegingen die u in het dagelijks leven echt nodig hebt. Een nog grotere beweeglijkheid halen de meeste patiënten wel. Maar het is geen doel op zich.

Bij een omgekeerde schouderprothese gaat het vermogen om de schouder te heffen vaak na 8 tot 10 jaar achteruit. Dit komt doordat de monnikskapspier dan slechter gaat werken. De functie blijft meestal nog wel beter dan voor de operatie (bron).  

  • Het krakende gevoel in de schouder gaat weg.

Welk type schouderprothese heeft de beste resultaten?

Misschien vraagt u zich af welk type schouderprothese de beste resultaten heeft. De waarheid is dat mensen gemiddeld even tevreden zijn na een anatomische of reversed schouderprothese (bron).

Maar over de bank genomen hebben mensen met een anatomische schouderprothese iets meer beweeglijkheid dan bij een reversed schouderprothese (bron). Daarom kies ik, als het kan, voor een anatomische prothese.

Een ander voordeel van een anatomische schouderprothese is dat een eventuele hersteloperatie in de toekomst beter te doen is.

Verder hebben mensen met een fractuurprothese vaker restklachten. Dat komt waarschijnlijk doordat de breukdelen van de schouderkop soms niet goed meer aangroeien.

Mogelijke complicaties

Het risico op een complicatie in het eerste jaar na een schouderprothese is 4 tot 6% (bron). Dat betekent dat ongeveer 5 op de 100 mensen te maken krijgen met een complicatie.

De meest voorkomende complicaties zijn:

  • Infectie van de prothese met een bacterie. Dit komt voor bij iets minder dan 1 op de 100 mensen (bron). 

De bacterie is vaak geen ‘ziekenhuisbacterie’, maar een die normaal gesproken al in uw eigen huid zit. Het vervelende is dat de bacterie niet weggaat door alleen antibiotica. Dat komt omdat de bacterie op de schouderprothese gaat zitten. Als er een infectie aan de hand is, moet we dus met een operatie de prothese schoonspoelen. In ernstige gevallen moet de prothese zelfs worden vervangen door een nieuwe, schone prothese. 

Het is dus heel belangrijk om een infectie te voorkómen! Dit doen we zo:

  • Niet roken 6 weken voor tot en met 6 weken na de operatie. Roken vermindert uw afweer tegen bacteriën namelijk.
  • 3 dagen, 2 dagen en 1 dag voor de operatie smeert u 3 verschillende huidmiddelen op de huid. Deze middelen zorgen voor minder bacteriën op en in uw huid. Zie ‘voorbereidingen thuis’
  • U krijgt antibiotica net voor en na de operatie.
  • Tijdens de operatie werken we uiterst steriel.
  • We hechten de huid met een oplosbare hechting. Dit vermindert de kans op infectie.
  • Prothese uit de kom. Dit komt voor bij ongeveer 2 op de 100 mensen (bron). Vooral na een reversed schouderprothese. 

U kunt dit voorkomen door vooral de eerste 3 maanden na de operatie geen extreme bewegingen te maken. Daarmee bedoelen we: de arm niet ver naar buiten draaien of hoog op de rug brengen.

  • Zenuwschade. Dit komt voor bij ongeveer 2 op de 100 mensen (bron).

Dit komt omdat de zenuwen naar de arm (de plexus brachialis) vrij dicht langs het schoudergewricht lopen. Tijdens de operatie kunnen deze zenuwen op rek komen te staan. In de grote meerderheid van de gevallen herstel de zenuwfunctie vanzelf weer. Dit duurt dan enkele maanden. 

  • Loslating van de prothese uit het bot. Dit komt voor bij ongeveer 8 op de 100 mensen, binnen 10 jaar na de operatie (bron). 

Een loslating uit het bot is dus een langzaam proces. Meestal gaat het om het deel van de prothese dat op het schouderblad vastzit. Het bot van het schouderblad is in verhouding klein. Daarom is er soms niet genoeg ‘houvast’ van de prothese in het bot van het schouderblad. Een dergelijke loslating komt vooral voor bij de anatomische schouderprothese, die met botcement vastzit aan het bot.

Bij een omgekeerde schouderthese is de verankering in het schouderblad steviger: namelijk met schroeven. Daarom is de kans op loslating bij een omgekeerde prothese wat kleiner. In geval van een loslating kunnen we de prothese vervangen door een nieuwe prothese.

  • Scheur in de pezen van de schouderkop. Dit gebeurt bij ongeveer 10 van de 100 mensen in de jaren na een anatomische schouderprothese (bron).

Dit geeft gelukkig lang niet altijd klachten. Een nieuwe operatie is dan ook vaak niet nodig.

Wanneer heb ik een verhoogd risico op complicaties?

U heeft meer kans op een complicatie als: 

  • U rookt. Dit komt omdat het roken de doorbloeding van het operatiegebied vermindert. En het immuunsysteem werkt slechter. Daardoor is heeft u meer kans op een infectie. Daarom moet u de 6 weken voor en de 6 weken na de operatie niet roken.
  • U veel overgewicht heeft. Dit verhoogt de kans op een infectie (bron) en op een instabiele prothese.
  • U suikerziekte (diabetes) heeft. U heeft dan meer kans op een infectie.
  • U bloedarmoede heeft (bron).
  • U medicijnen neemt die het immuunsysteem onderdrukken. Zoals prednison. Ook dan heeft u een grotere kans op een infectie.
  • U de schouder zeer actief gebruikt. Daarom hebben jonge mensen meer kans op loslating van de prothese op lange termijn.

De prothese kan los gaan uit het bot als u langdurig veel kracht op de schouder zet. Zoals zwaar tillen, boren, enzovoorts.

Moet ik nog onderzoeken krijgen?

Als voorbereiding op een eventuele operatie is nog een aantal onderzoeken nodig:

  • Röntgenfoto van de schouder. Hierop stellen we vast hoe ernstig de slijtage is.
  • CT-scan van de schouder. Hiermee kunnen we in meer detail zien of er genoeg bot is om de prothese op vast te zetten.

Daarna kunnen we de schouderbotten van de CT scan in een driedimensionaal computerprogramma laden. Vervolgens tekenen we de prothese in, specifiek op het 3D-model van uw eigen bot. Soms is het bot van het schouderblad (het glenoid) erg ver afgesleten. Dan kunnen we bepaalde operatie-instrumenten ‘op maat’ voor u maken met behulp van een 3D-printer. Zo kunnen we de prothese zo nauwkeurig en stevig mogelijk plaatsen.

 

  • Echo of MRI-scan van de schouder. Hierop kunnen we zien of de schouderpezen (rotator cuff) nog heel zijn. Als ze zijn gescheurd, is een reversed schouderprothese aan te raden.
  • Onderzoek door de anesthesioloog. In de periode voor de operatie zal een anesthesioloog uw algehele gezondheid bekijken. Hij of zij doet dit met de gegevens van uw medisch dossier en zo nodig met een consult.

Wat gebeurt er vóór de operatie?

In de periode voor de operatie moeten we een aantal dingen goed regelen en doen. Hieronder vindt u een lijst daarvan:

Zorg na de operatie regelen

Wat voor zorg heeft u nodig in de periode na de operatie? Dat hangt af van uw algehele gezondheid en van hoeveel hulp u van naasten kunt krijgen.

Daarom is het belangrijk om vóór de operatie al extra zorg te regelen, als dat nodig is. Na de operatie zult u 1 nacht in de kliniek overnachten.

Vaak is het noodzakelijk dat de arm 6 weken in een mitella blijft. De arm mag er dan alleen uit voor verzorging (wassen, aan- en uitkleden) en voor oefeningen.

Dat betekent dat u de volgende hulp moet hebben in de periode na de operatie:

  • Week 1 tot 6:
    • hulp met verzorging, zoals wassen en aan- en uitkleden.
    • hulp met eten klaarmaken
    • hulp met boodschappen doen
  • Week 1 tot 12:
    • hulp met vervoer. Hou er rekening mee dat u 8 tot 12 weken niet mag autorijden en fietsen. Soms mag het toch al eerder.

Deze hulp kunt u op verschillende manieren krijgen:

  • Door mensen om u heen (mantelzorgers). Bijvoorbeeld uw partner, kinderen of buren.
  • Door thuiszorg. Deze thuiszorg kunt u zelf regelen via Buurtzorg .
  • Op een tijdelijke revalidatieplek. Dit heet ook wel geriatrische revalidatiezorg. Dit kunnen wij voor u aanvragen.

Pijnstillers ophalen bij uw apotheek

Tijdens het consult krijgt u een recept voor pijnstillers mee. Deze pijnstillers zijn bedoeld voor na de operatie. Het is handig als u deze pillen al ophaalt bij uw apotheek.
De pijnstillers die u op recept krijgt zijn:

  • Oxycontin pillen (langwerkende morfine). Dit gebruikt u 2 maal daags.
  • Oxynorm pillen (kortwerkende morfine). Gebruik dit als u nog teveel pijn heeft ondanks de langwerkende morfine.

Verder moet u ook paracetamol gebruiken, maar dit is niet op recept. Sommige mensen mogen een of meer van deze middelen niet hebben om medische redenen. Voor meer informatie over hoe de pijnstillers in te nemen, zie Traject na uw opname hieronder.

Stoppen van bloedverdunners

Gebruikt u bloedverdunners? De meeste typen bloedverdunners moet u tijdelijk stoppen voor de operatie. Overleg dit altijd met uw arts. 

Het beleid per bloedverdunner is:

  • Ascal (ook wel acetylsalicylzuur): deze bloedverdunner hoeft u niet te stoppen.
  • Clopidogrel (ook wel plavix of grepid): 5 dagen voor de operatie stoppen. Soms kunt u wel tijdelijk een andere, lichtere bloedverdunner (ascal) nemen.
  • Ticagrelor (ook wel brilique): 5 dagen voor de operatie stoppen.
  • Acenocoumarol (ook wel sintrom): 3 dagen voor de operatie stoppen. Op de dag van de operatie wordt uw INR nog in het bloed bepaald.
  • Fenprocoumon (ook wel marcoumar): 5 dagen voor de operatie stoppen. Op de dag van de operatie wordt uw INR nog in het bloed bepaald.
  • Apixaban (ook wel eliquis): 2 dagen voor de operatie stoppen.
  • Dabigatran (ook wel pradaxa): 2 dagen voor de operatie stoppen.
  • Rivaroxaban (ook wel xarelto): 2 dagen voor de operatie stoppen.

Meestal mag u 48 uur na de operatie weer uw eigen bloedverdunners nemen. Let op: dit mag alleen als de wond dan niet meer lekt!

Crèmes smeren tegen infectie

Verder moet u al vóór de operatie een aantal crèmes op uw huid smeren. Die middelen doden bacteriën op uw huid. Dat verkleint dus de kans op wondinfectie. 

Om welke crèmes gaat het?

  • Benzoylperoxide crème (op recept). Dit doodt bacteriën in de huid van uw schouder en oksel. Smeer dit dus op de schouder en in de oksel. Let op: het geeft lelijke vlekken in kleding, dus trek oude kleren aan.
  • Bactroban neuszalf (op recept). Dit doodt bacteriën in uw neusgaten. Deze bacteriën zouden via de bloedbaan naar de schouderprothese kunnen gaan. Smeer de zalf dus in uw neusgaten.
  • Hibiscrub zeep (niet op recept, maar wel te koop bij de apotheek). Deze scrub gebruikt u tijdens het douchen. U ‘scrubt’ de huid van uw hele lichaam. Ook weer om huidbacteriën te doden.

Wanneer gebruikt u deze huidmiddelen?

  • In de ochtend 3 dagen voor de operatie.
  • In de ochtend 2 dagen voor de operatie.
  • In de ochtend 1 dag voor de operatie.

Dus op de dag van de operatie hoeft u niet te smeren!

Nuchter zijn

Op de dag van de operatie is het belangrijkste dat u niets eet of drinkt. Dat geldt vanaf middernacht.

Armverdoving (zenuwblokkade) voor de operatie

Op de dag van de operatie wordt u opgenomen. U gaat naar de voorbereidingskamer. Daar krijgt u een verdoving van de schouder en de arm. Zo’n verdoving heet een zenuwblokkade, ook wel ‘blok’. De anesthesioloog verdooft met een prik bij uw schouder alle zenuwen van de arm. 

Dit blok werkt vrij snel in. Daardoor heeft u straks tijdens de operatie al een hele goed pijnstilling. En dus heeft u dan maar een lichte narcose nodig om te slapen. Het blok werkt meestal een kleine 24 uur.

Tijdens de operatie

Verdoving tijdens de operatie

Nadat de zenuwblokkade is gezet, gaat u naar de operatiekamer. Daar krijgt u een lichte narcose. Daardoor slaapt u volledig.

Verloop van de operatie

Een schouderprothese operatie duurt 1 tot 2 uur. Hoe de operatie verloopt, verschilt per type schouderprothese:

Hoe verloopt een anatomische schouderprothese operatie?

  • U krijgt een snee aan de voorkant van de schouder.
  • Daarna maken we een pees (de subscapularispees) aan de voorkant van de schouderkop los. Daardoor kunnen we bij het schoudergewricht.
  • Nu halen we extra overgroeid bot (osteofyten) weg.

Afbeelding van een schouderprothese operatie waarbij de subscapularispees is losgemaakt, zodat er een schouderprothese kan worden geplaatst.

 

  • Vervolgens maken we de schouderkom vrij. De schouderkom is het uiteinde van het schouderblad.
  • We zetten een glad, plastic kommetje op de schouderkom. Dit gaat met botcement.

Afbeelding van een schouderprothese operatie waarbij de kom van een anatomische schouderprothese is ingebracht.

 

  • Nu kunnen we de schouderkop vervangen. Dat gaat vaak zonder cement:
    • Vaak zetten we een korte, metalen steel vast in het bot van de bovenarm.
    • Hierop zetten we een metalen kop.
    • Als uw bot stevig genoeg is, kunnen we ook kiezen voor een stemless kop. Dus een kop zonder steel. Hierbij zit de kop vast aan een klein metalen anker. Dat anker zetten we vast in bovenarm bot. Het voordeel van een stemless kop is dat u uw eigen bot zoveel mogelijk behoudt.

Afbeelding van een schouderprothese operatie waarbij de kop en steel van een anatomische schouderprothese is ingebracht.

  • Als laatste stap hechten we de afgesneden schouderpees (subscapularis) weer terug op de schouderkop. Het is heel belangrijk dat deze pees weer geneest. Want anders blijft de kop niet goed in de kom zitten.

Afbeelding van een anatomische schouderprothese operatie waarbij, nadat de prothese is geplaatst, de subscapularispees wordt teruggehecht aan de schouderkop.

  • We sluiten de huid met een oplosbare draad. De knoopjes van de draad komen wel buiten de huid te liggen.

Hoe verloopt een omgekeerde schouderprothese operatie?

  • U krijgt een snee aan de voorkant van de schouder.
  • Als tweede stap maken we de grote pees aan de voorkant van de schouderkop los.
  • We halen nu teveel gegroeid bot (osteofyten) weg. 

Afbeelding van een omgekeerde schouderprothese operatie waarbij de subscapularispees is losgemaakt, zodat er een schouderprothese kan worden geplaatst.

  • Nu gaan we de schouderkom vervangen. Bij een omgekeerde schouderprothese zetten we een metalen, halve bol op de schouderkom. Dit gebeurt met schroeven.
    • Soms is de schouderkom heel erg afgesleten. Dan kunnen we een extra stuk bot tussen de bol en de schouderkom zetten. Dit extra bot halen we dan uit uw schouderkop.

Afbeelding van een omgekeerde schouderprothese operatie waarbij de bol op de schouderkom is aangebracht.

  • Vervolgens vervangen we de schouderkop. We brengen een metalen steel in uw bovenarm bot. Daarop zetten we een plastic kommetje.

Afbeelding van een omgekeerde schouderprothese operatie waarbij de steel en kom in de bovenarm zijn aangebracht.

  • Wat eerst schouderkop was, is nu dus een plastic kommetje. En wat eerst schouderkom was, is nu een metalen kop. Vandaar de naam ‘omgekeerde’ of ‘reversed’ schouderprothese.
  • Eigenlijk ligt de kom nu onder de bol. En dus is de bovenarm lager gelegen dan eerst. Daardoor komt er meer spanning op de monnikskapspier (de deltoideus spier). Vooral deze spier zorgt ervoor dat u de arm kunt heffen.
  • Meestal is het niet nodig om de pees die we hadden losgesneden (de subscapularispees), terug te hechten.

Afbeelding van een reversed schouderprothese operatie waarbij, nadat de prothese is geplaatst, de subscapularispees wordt teruggehecht aan de schouderkop.

  • We sluiten de huid met een oplosbare draad. De knoopjes van de draad komen wel buiten de huid te liggen.

Herstel en revalidatie na een schouderprothese

Mitella (schouder immobilizer) na een schouderprothese

Een schouderimmobilizer is een mitella, die ook een band achter de rug om heeft. Daardoor blijft de onderarm op de buik zitten. Dat is een rustige houding voor de schouder.

mitella schouderprothese

Waarom moet ik een mitella na een schouderprothese?

In de eerste weken na een schouderprothese moet de operatiewond (met name van binnen) genezen. De mitella is dan nodig omdat:

  • De arm niet in een gekke houding komt. Daardoor kan de prothese niet uit de kom.
  • Het vermindert pijn.

Het voorkomt dat er rek komt op een belangrijke schouderpees. Bij de meeste typen schouderprothese hechten we deze pees (de subscapularispees) terug op de schouderkop. Als u de schouder te veel beweegt, kan de pees niet genezen.

Hoe lang moet ik een mitella (schouder immobilizer) dragen na de schouderprothese?

U draagt deze tot 6 weken na de operatie. Hoeveel u hem draagt, verschilt per type prothese: 

  • Bij een reversed schouderprothese is de mitella vooral voor uw comfort.

Draag de mitella sowieso ’s nachts, maar overdag mag hij af. U mag de arm dan bewegen naar kunnen. Maar draai de arm niet ver naar buiten of op de rug. Want dan kan de prothese uit de kom gaan.

De mitella mag overdag natuurlijk ook om, als u dat prettig vindt.

  • Bij alle andere typen prothese (anatomische schouderprothese, fractuurprothese, hemi schouderprothese) zijn we strenger. De mitella moet 6 weken dag en nacht om.

Tijdens de operatie moeten we namelijk een schouderpees op de schouderkop vastmaken. Het is belangrijk dat de pees goed geneest. Want als de pees niet goed geneest, zal de schouderprothese minder goed werken.

U kunt de arm wel uit de mitella halen tijdens wassen, douchen en oefeningen.Na 6 weken hoeft u geen mitella meer te dragen.

Hieronder vindt u praktische instructies om uw mitella en shirt uit en aan te trekken. Dit gaat dus om de eerste 6 weken na een schouderprothese.

Hoe doe ik mijn mitella zelf uit na een schouderprothese?

  • Belangrijk: til uw geopereerde arm altijd op met uw andere, goede arm.
  • Ga zitten op een stoel
  • Maak het gedeelte om uw onderarm en hand open.
  • Haal uw geopereerde arm met uw andere arm uit de mitella.
  • Leg de geopereerde arm op een tafel of armleuning. Zorg ervoor dat de arm niet naar buiten draait.
  • Maak, met uw goede hand, de band om uw nek en de band achter uw rug los.
  • De mitella is nu los. Leg de mitella met uw goede hand weg.

Hoe doe ik mijn shirt zelf uit en weer aan na een schouderprothese?

  • Belangrijk: til uw geopereerde arm altijd op met uw andere, goede arm.
  • Een wijd shirt of een shirt met knoopjes is makkelijker om uit te doen dan een shirt met nauwe hals.
  • Ga zitten op een stoel en doe uw mitella af, zoals hierboven staat.
  • Uw arm rust op een tafel of armleuning. Zorg ervoor dat de arm niet naar buiten draait.
  • Trek, met uw goede arm, het shirt vanaf uw nek over uw hoofd.
  • Haal uw goede arm uit de mouw.
  • Trek, met uw goede arm, het shirt uit over uw geopereerde arm.

Hoe doe ik mijn shirt zelf weer aan na een schouderprothese?

  • Uw zit op een stoel en uw arm rust op een tafel of armleuning. Zorg ervoor dat de arm niet naar buiten draait.
  • Trek, met uw goede arm, een mouw zo hoog mogelijk over uw geopereerde arm. Let op: uw geopereerde arm moet ‘slap’ blijven rusten op de tafel of armleuning.
  • Haal uw goede arm door de andere mouw.
  • Trek, met uw goede arm, het shirt over uw hoofd.

Hoe doe ik mijn mitella zelf weer om na een schouderprothese?

  • Uw zit op een stoel en uw arm rust op een tafel of armleuning.
  • Zorg ervoor dat de arm niet naar buiten draait en ontspannen ligt.
  • De mitella heeft een armhouder gedeelte, een nekband en een rugband.
  • Schuif, met uw goede arm, het armhouder-deel om uw geopereerde arm. Alsof u een mouw van een trui aantrekt.
  • Haal de nekband om uw nek en maak hem met het klittenband weer vast aan de armhouder.
  • Haal de rugband achter uw rug langs en maak hem vast aan de armhouder.
  • De mitella zit goed als de arm voor uw gevoel ontspannen hangt.
  • De elleboog moet iets lager dan de pols hangen. En de onderarm moet tegen de buik liggen.

Hoe kan ik het beste slapen met een mitella om?

Slaap niet op uw zij in de eerste 8 weken na een schouderprothese. Ook niet op de zij die niet geopereerd is.

Hoe moet u dan wel slapen? Het beste is op de rug. Maar dat lukt vaak niet wegens pijn en ongemak in die houding.

Wat vaak wel goed werkt, is een ‘half-achterover’ houding. Doe dit:

  • Ga op uw niet-geopereerde zij liggen.
  • Doe 2 grote kussens in uw rug
  • Leun achterover zodat u ‘half achterover’ ligt. Dus het is een middenweg tussen op de rug en op de zij.
  • Doe nog 1 kussen voor uw buik. Nu ligt u stabiel. En u leunt niet op uw pijnlijke schouder.

Pijnstillers

Het is belangrijk om niet teveel pijn te hebben in de dagen na de operatie. Daarom krijgt u best zware pijnstillers. 

De pijnstillers na de operatie zijn: 

  • De zenuwblokkade van de arm. Deze werkt na 12 tot 24 uur uit.
  • Paracetamol Dit is niet schadelijk en het werkt niet verslavend. Gebruik sowieso 3 maal daags 2 pillen van 500 milligram.
  • Oxycontin pillen (langwerkende morfine). Gebruik in de eerste dagen 2 maal daags 1 pil. Belangrijk: begin met deze pillen op de avond net nadat u bent geopereerd. Dan voorkomt u dat u pijn krijgt als de zenuwblokkade uitwerkt.
  • Oxynorm pillen (kortwerkende morfine). Gebruik dit als u nog teveel pijn heeft ondanks de paracematol en oxycontin.           

De morfinepillen kunt u gerust een week gebruiken. Zonder er verslaafd aan te raken. 

Dus neem de eerste 3 dagen gewoon de volledige dosis paracetamol en langwerkende morfine (Oxycontin). En als dit niet genoeg is, neem daar dan nog kortwerkende morfine bij (Oxynorm). 

Als u merkt dat u weinig pijn heeft, dan kunt u de pijnstillers gaan afbouwen.

Hoe bouw ik mijn pijnstillers weer af?

Stop eerst met de kortwerkende morfine. Stap 2 is het stoppen met de langwerkende morfine. Gaat dat goed, bouw dan de paracetamol af.

Revalidatie na de schouderprothese operatie

De revalidatie begint direct na de operatie. Zorg dat u in de eerste week na de operatie al naar de fysiotherapeut gaat.

Hoe lang duurt de revalidatie na een schouderprothese?

De revalidatie duurt gemiddeld 6 maanden. Maar u bent al binnen een paar weken van de pijn af. En u kunt zich meestal na 6 weken weer redelijk redden in het dagelijks leven.

Hoe ziet de revalidatie eruit?

De revalidatie na een schouderprothese heeft een paar fasen:

  • De eerste 6 weken na de operatie: de mitella-fase. Hoeveel u al mag bewegen buiten de mitella, hangt af van het type prothese (zie hierboven). Maar de mitella mag sowieso af voor zelfzorg en oefeningen.
  • Van 6 weken tot 3 maanden na de operatie: voorzichtig vergroten van de beweeglijkheid van de schouder. Wat u in deze fase nog niet moet doen:
    • De hand ver naar buiten draaien. Hierbij kan de prothese uit de kom.
    • De hand op de rug brengen. Hierbij kan de prothese uit de kom.
    • Bij een reversed schouderprothese: krachtoefeningen. Hierbij kan er teveel spanning op de monnikskapspier komen.

Vanaf 3 maanden na de operatie: verder vergroten van de beweeglijkheid van de schouder. Na 6 maanden tot 1 jaar is de maximale beweeglijkheid vaak bereikt (bron 3).

Kan ik de arm wel weer goed gebruiken?

Ja, u kunt de arm weer goed gebruiken voor dagelijkse activiteiten. Dat kan vaak al na ongeveer 2 maanden. De einddoelen van de revalidatie zijn:

  • U kunt uw hand bij de billen krijgen.
  • U kunt de hand bij de mond krijgen.
  • U kunt met de hand bij uw achterhoofd. 

Alles wat u nog meer kunt dan dit, is natuurlijk meegenomen.

Wanneer mag ik weer autorijden?

U mag weer autorijden als u de armbewegingen goed onder controle heeft. Reken erop dat dit ongeveer 2 maanden na de operatie is.

Wanneer mag ik weer fietsen?

U mag weer fietsen als u de arm weer gecontroleerd kunt bewegen. Reken erop dat dit ongeveer 2 maanden na de operatie is.

Hechtingen verwijderen

De huid hechten we altijd met een hechting die vanzelf oplost. Maar aan het begin en einde van de wond steken wel 2 knoopjes uit.

Die knoopjes moeten 2 weken na de operatie worden losgeknipt. Dat kan met een nagelschaartje of klein mesje. U kunt dat door een naaste van u of bij de huisarts laten doen.

Dat gaat heel simpel:
• Aan elk knoopje zit een lusje. Trekt aan het lusje, zodat het knoopje net boven de huid ‘zweeft’.
• Knip de draad net onder het knoopje door.
• Doe dit ook zo voor het andere knoopje.

Let op: u hoeft dus niet de hele draad uit de wond te trekken! Want die lost vanzelf op.

Controleafspraken op de polikliniek

Twee maanden na de ingreep zien we u terug op de polikliniek. Dan wordt er ook weer een controlefoto gemaakt. 

Vervolgens zien we u ongeveer 6 maanden na de operatie nogmaals terug.

Leefregels na een schouderprothese

Een schouderprothese is een kunstgewricht. Dus die kunt u niet zo zwaar belasten als een normaal schoudergewricht. Hoe moet u uw leven dan aanpassen na een schouderprothese? Dit zijn de adviezen:

  • Doe geen sporten of activiteiten waarbij u op de arm leunt. Zoals uzelf opdrukken.
  • Doe geen contactsporten.
  • Doe geen dingen waarbij u makkelijk kan vallen.
  • Leun zo weinig mogelijk op de arm. Dus vermijd bijvoorbeeld om op krukken te lopen.
  • Til niet meer dan 10 kilogram.

Het komt er dus op neer dat plotse en grote krachten niet goed zijn. Want dan kan de prothese uit de kom, breken of loslaten uit het bot (bron 10). Vooral het bot van het schouderblad is daar kwetsbaar voor. Dat komt omdat dit eigenlijk maar een klein bot is.

Conclusie

Een schouderprothese is vaak een goede oplossing voor pijn door artrose (slijtage), peesscheuren of botbreuken van de schouder. Om een keuze te kunnen maken moet u dit weten:

  • De operatie is onder (lichte) narcose en een plaatselijke verdoving.
  • 9 van de 10 mensen is blij met het resultaat.
  • Bij 5 van de 100 mensen komt een complicatie voor.
  • Meestal moet u 6 weken in een mitella. Soms korter. De meeste mensen kunnen zich in deze periode met hulp thuis goed redden.
  • De revalidatie duurt ongeveer 6 maanden. Maar na 3 maanden kunnen de meeste mensen de dagelijkse activiteiten (licht huishouden, autorijden, fietsen) weer goed doen.

Zie ook: Artrose van de schouder

Zie de aparte pagina over slijtage (artrose) van de schouder voor meer informatie over wat artrose van de schouder is. En over andere behandelingen dan een operatie. 

    Veelgestelde vragen over schouderprothese

    Hoe goed zijn de resultaten van een schouderprothese?

    Negen van de tien mensen is tevreden na een schouderprothese. Vooral de pijn wordt beter. De beweeglijkheid van een schouderprothese verbetert vaak ook.

    Een schouderprothese werkt even goed als een heupprothese of knieprothese. De revalidatie kost in het begin wel meer aanpassingen in het dagelijks leven. De eerste 6 weken is vaak een mitella nodig, namelijk.

    Wat zijn de risico’s van een schouderprothese?

    Het risico op een complicatie na een schouderprothese is ongeveer 5%. Dus 5 op de 100 mensen krijgt een complicatie. Dit kan zijn:

    • Een infectie van de prothese. In het ergste geval moet de prothese dan vervangen worden.
    • Prothese uit de kom.
    • Gescheurde pezen van de schouderkop.

    Verder kan de prothese op termijn loslaten uit het bot.

    Hoe lang gaat een schouderprothese mee?

    Hier staat geen vaste tijd voor. De ene prothese gaat kort mee, de andere levenslang. Na 10 jaar is gemiddeld 8% van de schouderprotheses aan vervanging toe.

    Dat hangt af van veel dingen. Zoals de stevigheid van het bot en van de schouderpezen. Het type schouderprothese (anatomisch (klassiek) of reversed (omgekeerd)) lijkt niet uit te maken (bron 11).

    Wat is de wachttijd voor een schouderprothese?

    In Medische Kliniek Velsen is de wachttijd voor een schouderprothese ongeveer 6 weken.

    Is de revalidatie na een schouderprothese echt zo zwaar?

    Meestal valt het mensen erg mee. Dat komt omdat de pijn van voor de operatie vrijwel meteen verdwijnt.

    Veel mensen zien ertegenop om 6 weken een mitella te dragen. Bij sommige typen schouderprotheses mag dit echter korter. En de mitella mag sowieso af voor zelfzorg (aankleden, douchen, etc.) en voor oefeningen. Zie ook Herstel en revalidatie na een schouderprothese .

    De meeste mensen kunnen zich in deze periode met hulp goed thuis redden. Als thuishulp geen optie is, is een tijdelijke revalidatieplek een optie.

    Hoe lang is de revalidatie na een schouderprothese?

    De revalidatie na een schouderprothese duurt gemiddeld ongeveer 6 maanden. Maar u kunt zich vaak na 3 maanden weer goed redden. Dat wil zeggen dat u dan weer kunt fietsen, autorijden en tillen.

    De eerste 6 weken moet de arm in een mitella. In sommige gevallen kan dat korter. De mitella mag sowieso af voor zelfzorg (aankleden, douchen, etc.) en voor oefeningen. Zie ook Herstel en revalidatie na een schouderprothese .

    Moet ik onder narcose voor een schouderprothese?

    Ja. Het is wel een lichte narcose. U krijgt van tevoren namelijk een prik in de schouder, die de arm gevoelloos maakt. Door die goede pijnstilling heeft u minder narcosemiddelen nodig.

    Doordat het maar een lichte narcose is, zien we zeer weinig ‘narcose-problemen’ na de operatie. Zoals misselijkheid of verwardheid.

    Is een schouderprothese anders dan een heupprothese of knieprothese?

    Nee. Mensen zijn gemiddeld even tevreden na een schouderprothese als na bijvoorbeeld een heupprothese.

    Een verschil is wel dat een schouderprothese operatie altijd onder (lichte) narcose is. Een heupprothese en knieprothese kunnen ook onder een ruggenprik.

    De revalidatie is wel wat langzamer in de eerste weken. Dat komt omdat de eerste 6 weken een mitella vaak nodig is.

    Moet ik geopereerd worden aan een versleten schouder?

    Niets moet. Want met een versleten schouder kunt u 150 jaar oud worden. Maar een schouderprothese kan een goede behandeling zijn als:

    • U veel pijn heeft
    • De klachten uw dagelijks leven verhinderen
    • Andere behandelingen (pijnstillers, injecties) niet goed meer helpen

    U moet zelf de voordelen en nadelen van een schouderprothese afwegen. Dan kunt u een verstandige keuze maken.

    Hoe ga ik naar het toilet na een schouderprothese?

    • Houd uw arm in de mitella.
    • Ga voor het toilet staan.
    • Pak met de hand van uw geopereerde arm uw bovenkleding vast.
    • Trek met uw goede arm de broek en onderbroek naar beneden.
    • Ga op het toilet zitten.
    • Veeg af met uw goede hand.
    • Ga staan.
    • Trek met uw goede arm de broek en onderbroek weer naar boven.

    Hoe moet ik slapen in de weken na een schouderprothese?

    Het best kunt u ‘half’ op de zij liggen, want dat doet het minst pijn. Doe dit:

    • Ga op de niet-geopereerde zij liggen.
    • Zet 2 grote kussens achter uw rug.
    • Zet 1 kussen tegen uw buik.
    • Leun wat achterover, zodat u ‘half’ op de zij ligt. Uw geopereerde schouder maakt dan geen contact met het bed.

    U mag nog niet op de geopereerde schouder slapen, omdat er dan teveel kracht op de prothese komt. Mensen vinden het vaak te pijnlijk om op de schouder te slapen die niet is geopereerd. Dat komt omdat de geopereerde arm dan te veel gaat hangen. 

    Hoe lang moet ik zittend slapen na een schouderprothese?

    Dat hoeft niet. U kunt beter half op uw zij slapen.

    Wanneer mag ik weer autorijden na een schouderprothese?

    Dat mag weer als u de arm goed onder controle heeft. Dus als u de arm gecontroleerd kunt opheffen en draaien. Dat is meestal 2 maanden na de operatie. Overleg dit ook met uw orthopedisch chirurg.

    Mag ik mijn mitella ’s nachts af doen na een schouderprothese?

    Nee. ’s Nachts heeft u namelijk geen controle over de beweging van uw schouder.

    Bij een verkeerde beweging kan uw schouderprothese uit de kom gaan. Of er kan teveel rek komen op een belangrijke schouderpees, die nog moet genezen.

    Overdag mag de mitella wel af voor oefeningen en zelfzorg. Overdag heeft u natuurlijk veel meer controle over de schouderbewegingen dan ’s nachts.

    Wat is de beste leeftijd voor een schouderprothese?

    Er is geen beste leeftijd voor een schouderprothese. Maar hoe jonger je bent, hoe meer kans dat de prothese op termijn loslaat uit het schouderbot. Dat komt omdat jongere mensen actiever zijn. En zij belasten de prothese dus meer.

    Maar er is dus geen ‘leeftijdsgrens’ voor een schouderprothese. Het is gewoon belangrijk om de prothese niet te zwaar te belasten. Als vuistregel mag de prothese maximaal 10 kilogram worden belast.

    Kan een schouderprothese met een kijkoperatie worden geplaatst?

    Nee. Daar is altijd een (snee) incisie voor nodig. Een schouderprothese is te groot om door kleine kijkgaatjes in te brengen. Een kijkoperatie zou een schouderprothese operatie onnodig ingewikkeld maken.

    Waar zit in de incisie voor een schouderprothese?

    Meestal plaatsen we de snee aan de voorkant van de schouder. Soms aan de zijkant. De snee is 10 tot 15 centimeter lang. De huidhechting is oplosbaar. De wondpleister kunt u het best 2 weken laten zitten.